Pad tot huidige pagina

Bosicoon: de slobkousbij

Denk je aan het Amsterdamse Bos dan schieten al gauw enkele beelden te binnen. Schotse Hooglanders, de Heuvel, de Bosbaan, eekhoorns. In de nieuwsbrief-rubriek 'Bosicoon' geeft onze ecoloog Sasja Voet de iconen van het Bos een podium.  Dit keer geeft ze een pleidooi voor de slobkousbij.

Gewone slobkousbij

Vandaag zetten we de slobkousbij (Macropis europaea) in de schijnwerpers. Bijen en insecten in het algemeen zijn van uiterst belang binnen het ecosysteem. Veel mensen weten dat bijen voor bestuiving zorgen en dat ze daarom belangrijk zijn. Maar bijen en allerlei andere insecten zijn ook een essentiële voedselbron voor tal van andere dieren. Hiermee zijn ze een onmisbare schakel in het voedselweb-systeem.

Verschil sociale en solitaire bijen

Vaak als mensen aan bijen denken, dan zien ze een grote bijenkolonie voor zich met wel honderden bijen die samenwerken. Dit noemen we sociale bijen zoals bijvoorbeeld de honingbij. Van de 358 soorten bijen die in Nederland voorkomen zijn 30 soorten sociale bijen. Naast de honingbij rekenen we daartoe de 29 soorten hommels. Dat houdt in dat er 328 soorten tot de solitaire bijen gerekend worden.

Waar honingbijen en hommels in een volk leven en de taken onderling verdelen, doet de wilde bij, ook wel solitaire bij genaamd, alles grotendeels alleen. Het vrouwtje is zowel werkster als koningin en zoekt in haar eentje naar nectar en stuifmeel. Elk vrouwtje bouwt haar eigen nest voor het nageslacht. Terwijl honingbijen gecultiveerd zijn in bijenkasten, zoekt een wilde bijen naar gaten die in de natuur voorkomen. Of ze graaft zelf een gaatje in de grond waar ze haar eitjes in legt.

Specialistisch bijtje

De slobkousbij is een solitaire bij. En naast dat ze dus geheel zelf voor het nageslacht zorgt is de slobkousbij ook een specialist. Specialisten (bijen) zijn voor de toelevering van stuifmeel, de eiwitrijke voedselbron voor onder andere de larven, geheel afhankelijk van één plantengeslacht of -familie.

In het geval van de slobkousbij heeft zij een afhankelijkheidsrelatie met de grote wederik (plant, zie foto hierboven). De evolutie en het daaruit ontwikkelde ecosysteem wat we vandaag de dag kennen blijft eindeloos fascinerend! Dus je kunt wel begrijpen dat als er geen grote wederik is, er ook geen gewone slobkousbij is.

Diversiteit is noodzaak

Meerdere bijensoorten zijn specialisten en zijn afhankelijk van bepaalde planten voor hun voortbestaan. Daarom is het belangrijk dat er een grote diversiteit aan planten is. Dit zorgt voor een grotere verscheidenheid aan wilde bijen en daarmee ook voor mee voedsel voor allerlei soorten vogels.

Grote wederik

Grote wederik komt voor op natte tot vochtige bodems en staat in het Amsterdamse Bos vooral langs slootkanten. Leuk als je de plant de volgende keer tegenkomt om te bedenken dat in het leven van de Gewone slobkousbij deze plant van wezenlijk belang is.