Zelf aan de slag in een voedselbos
Droom je ervan om in een voedselbos aan de slag te gaan of zelf een start te maken? Arja Helmig, één van de ontwerpers van het voedselbos in het Amsterdamse Bos, geeft tips.
Aan de slag in je tuin
In je eigen tuin kan je met een paar vierkante meter al beginnen. Een voedseltuin heeft de meeste kans tot slagen als je met inheemse planten en zaden aan de slag gaat. Dan weet je zeker dat wilde bijen en vlinders ook iets hebben aan je tuin.
Struiken
Denk qua struiken aan framboos, aalbes, kruisbes of zwarte bes, die doen het ook in de halfschaduw prima. Hazelaar, gele kornoelje, krent en mispel zijn wat groter en ook heerlijk om te eten. Gek op rozenbotteljam? Probeer inheemse rozen als egelantier en hondsroos. Let er wel op dat je deze biologisch koopt.
Kruiden
Kleine inheemse kruidenplanten zijn oregano en grote tijm. Ook kraailook en berglook zijn lekker en inheems. Die passen zelf nog op een balkon. Voor een schaduwtuin is daslook passend.
Insecten
Vergeet niet een wild hoekje te maken voor de insecten. Distel, vuilboom en klimop zijn niet eetbaar maar versterken het hele systeem. En vergeet ook de brandnetel niet, daar zijn insecten eveneens dol op. Daarnaast is het een uitstekend ingredriënt voor soepen en quiche.
Sluit je aan bij een bestaand voedselbos
In Amsterdam zijn op dit moment drie voedselbossen. In Amsterdam West ('Voedselbos Amsterdam'), in Amsterdam Noord ('NoordOogst') en bij ons, in het Amsterdamse Bos. Op alledrie de locaties kan je je aanmelden als vrijwilliger om te ondersteunen op het gebied van onderhoud, planten, evenementen of andere klusjes. Je als vrijwilliger aansluiten bij een bestaand voedselbos is een uitstekende manier om meer kennis en ervaring op te doen.
- Vrijwilligerspagina Amsterdamse Bos;
- Vrijwilligerspagina Voedselbos Amsterdam;
- Vrijwilligerspagina NoordOogst.
Aan de slag in je buurt
Heb je veel ervaring met voedseltuinen, zijn jouw vingers groener dan groen en ben je klaar voor een nieuwe stap? Lees dan de onderstaande tips van Arja over het starten van je eigen voedselbos.
- Zoek mensen die ook een voedselbos in Amsterdam willen. Ga bijvoorbeeld naar plantdagen bij andere voedselbossen. Of wordt daar vrijwilliger.
- Zoek verschillende plekken waar je het voedselbos zou willen starten. Als één van de plekken toch afvalt, heb je andere locatie achter de hand. Kabels of vervuilde grond kunnen roet in het eten gooien. Check op maps.amsterdam.nl of er aanwijzingen zijn op vervuiling in de grond. Je kunt een loodcheck aanvragen via www.amsterdam.nl/wonen-leefomgeving/bodem/lood-grond.
- Neem contact op met de groencoaches via Buurtgroen020. Buurtgroen020 is een initiatief dat kan voorzien in informatie over vervolgstappen en de benodigde toestemmingen.
- Bepaal met je groep wat het hoofddoel is van je voedselbos: productie, biodiversiteit, educatie of verbinding in de buurt. En wat jullie unieke verhaal is.
- Zie je ontwerp als een boerenerf. Maak het niet alleen natuurlijk, maar ook functioneel. Denk na over looproutes, water en een honk voor gereedschap, opslag en een kop warme soep.
- Maak een plannetje voor het beheer. Haagwinde en bramen nemen bijvoorbeeld te veel licht weg voor de eetbare soorten. Die zul je echt in toom moeten houden.
- Probeer met het voedselbos aan te haken op de bestaande ecologische structuren. Vraag een stadsdeelecoloog om advies.